En hij sprak tot zijn hart
Pieter jan De Smet en Koen De Sutter kennen elkaar al enkele decennia. Stilaan worden ze oude wijze mannen. Ze menen te weten wat ballast is, wat ergernis opwekt en wat deugd doet. Soms zingen en zuipen ze. Soms wiegen ze het nageslacht de lange nacht in. Soms gaan ze fietsen. Dan zwijgen ze. De rivier is traag. De populieren ritselen. Het hart is nu een dartel veulen. De longen likken de frisse lucht. De kop loopt leeg. Als ze fietsen, sijpelen ideeën binnen. Want nu is het lijf aan de macht.
Een jaar geleden lazen ze het boekje Wielrennen, geschreven door prof. Marc Van Den Bossche. Een filosoof met een sporthart:
...'Als ik ga fietsen, dan knutsel ik aan mezelf, (...) Als we ervan uitgaan dat het in de filosofie niet zozeer te doen is om louter kennis van wereldlijke feiten, maar om zelfkennis, dan kan kennis van de eigen lijfelijkheid niet genegeerd worden.
Een in ijskoude wind en striemende regen verzopen februararidag .Het eerste half uur vraag ik mij af wat hier nu de zin van is. Geloof me: na een uur voel je dat niet meer. (...)dit is gewoon genieten. Ik heb mijn intellectuelenbrilletje op en noem het veldwerk.(...)Rukwinden, opgesmukt met sneeuwhagel. Pijn in het gezicht. Wat is dit?
De Smet en De Sutter willen dit gevoel en deze ervaring vertalen. Met poëtisch zweet. Met de klanken van wielen en raderen, gevloek en een hijgend hart. In de dampen van verhitte hersens. Logisch als ontregelde darmen of als een kus op een oorlel. Diep als de haarvaten van Nietzsches snor. Licht als een dans op gloeiende kolen.
Het lichaam staat eindelijk recht. Kijkt naar het hoofd. Kijkt naar het denken. Aanschouwt de grenzen van het denken en lacht. Betast de pietluttige denkkaders, wrijft met de vinger langs de randen en begraaft ze in de aarde.
Het lichaam krijst: ik wil grenzen noch tegenstellingen. Geen omheining, geen muur. Ik wil onrust, huivering, verwarring, ontwrichting, mateloosheid, exces en extase.
Het lijf staat op. Het stinkt, dampt en siddert. Door sport. Door drugs. Meestal weet het niet waarom.
De Sutter & De Smet vergasten U in het rijk der ordeloosheid, kreunen verrukking, verdichten het lijden en kittelen uw binnenste. Spartelend aan een rotswand of ronkend in kleffe lakens. De tirannie van het hoofd heeft nu lang genoeg geduurd!
- Een coproductie van: Theater Antigone en Lod
- Van en met: Koen De Sutter en Pieter Jan De Smet
- Tekst: Koen De Sutter
- Muziek: Pieter Jan De Smet
- Spel: Koen De Sutter, Pieter Jan De Smet en Liesa Van der Aa