Baal
Baal is het eerste toneelstuk (1918) van Brecht, geschreven op achttienjarige leeftijd. Zijn hele leven lang bracht hij echter verbeteringen aan, om ten slotte te moeten vaststellen dat hij niet verder was geraakt dan Baal wat te ‘domesticeren'. Hoewel er van het stuk zo'n vijf versies in omloop zijn, wordt hier trouw gebleven aan de eerste versie. Het stuk gaat over honger, over goesting in de wereld, in drank en in vrouwen, maar ook over natuur en over schoonheid. De jonge poëet Baal, een punk avant la lettre, is alom bejubeld en koestert een harde, onverbloemde visie op het leven waar hij zich als een moderne Diogenes aan vergrijpt; tegen de bourgeoisie, tegen de Kerk, tegen de moraal. Tegen alles. Voor Baal zit de betekenis van poëzie omvat in de rauwheid van het leven, wat zich vertaalt in de brute kracht waarmee hij afrekent met de realiteit. Revolutionair maar op zoek naar metaforen voor de liefde, onbezonnen en onverantwoordelijk, destructief maar hunkerend naar leven. Zijn verlangen is niet gericht op het metafysische maar op het fysieke; niet de schepping staat centraal maar het verval. Geen plaats voor cynisme: de toeschouwer wordt uit zijn luie zetel getrokken. Baal is als een portret van de jonge rebelse Brecht zelf, maar is tevens een prototype van onze moderne levenshouding.
maar waarom wilt gij toch ook gedichten schrijven
het leven is heerlijk
hoe ge u op uw rug laat meedrijven door een sterke stroom
naakt
onder een hemel die oranje kleurt
en ge ziet niks
niks dan dat de hemel paars wordt
en dan zwart gelijk een gat
of wanneer ge met scherpe knarsende tanden in een sappige vrucht bijt
of een vijand vertrappelt
of uit verdriet muziek maakt
of snikkend van liefdesverdriet een appel opeet
of een blank vrouwenlijf met geweld vlijend achterover buigt
zodat de gewrichten en de poten van het bed kraken
of boslucht naar binnen pompt als uw vermoeide voeten u amper nog kunnen dragen
kom bij gelegenheid nog eens terug jongen
(Fragment uit Baal)
Raven Ruëll en Jos Verbist ensceneren deze rauwe tekst samen met een talentvolle cast uit Vlaanderen en Wallonië. Al enkele jaren zijn ze allebei gastdocent aan het RITS te Brussel en het conservatorium te Luik.
De voorstelling Baal geldt als uithangbord voor de eerste periode van de Duitse revolutionaire schrijver Bertolt Brecht (1898-1956). Tijdens de woelige na-oorlogse periode van WO I, koestert Brecht duidelijke sympathieën voor het communisme, enerzijds als verzet tegen het nazisme, anderzijds als reactie op de maatschappelijke versnippering en de afwezigheid in een geloof in democratie. Ook zijn ervaring als arts tijdens de oorlog en vroege confrontatie met de dood liggen aan de basis van zijn harde visie op de wereld die hij als jonge dichter zoekend vorm geeft dank zij een eigen, krachtige taal. Hij wordt overweldigd door de mythologie, en door schrijvers en filosofen als Nietzsche, Villon, Rimbaud, Verlaine, Buchner, Wedekind, Marx, ... Hij werkte samen met componisten als Weill, Eissler... Hoewel hij aanvankelijk optrad als cabaretier en zanger, vormt Baal voor Brecht een manier om de kleine zaaltjes in te ruilen voor het grote publiek. Zijn toneel gaat over de wereld en de politiek. Hij is tevens de grondlegger van het episch theater. Zijn doel is niet het publiek in vervoering te brengen maar het kritisch te doen nadenken over de maatschappij.
Andere stukken van zijn hand zijn onder meer Dreigroschenoper, Mutter Courage und ihre kinder, Herr Puntila und sein knecht Matti. Als dichter, schrijver, literatuurcriticus en maker geldt Brecht alvast als één van de boegbeelden van de 20ste eeuw.
- Een coproductie van: Theater Antigone, in coproductie met Théâtre National
- Regie: Raven Ruëll en Jos Verbist
- Geluidsontwerp: Simon Halsberghe
- Tekst: Bertolt Brecht
-
Spel:
Dominique Van Malder, Tania Van der Sanden, Benjamin Op de Beeck, Eléna Doratiotto, Laura Sépul, Vincent Hennebicq en Arieh Worthalter
- Decor: Giovanni Vanhoenacker
- Videast: Peter Monsaert